BruNee

Hoewel van enige afstand, volg ik de berichtgevingen rondom het staatsbezoek aan het ministaatje Brunei met een groeiend gevoel van onbehagen. Achter de precieze reden van dat ongemak is echter niet zo gemakkelijk de vinger te krijgen. Immers, de Brunese onderdanen (het blijft een tenenkrommend woord) schijnen, ondanks de grove schendingen van de meest elementaire mensenrechten, een buitengewoon comfortabel leven te leiden: geen belastingen, gratis onderwijs, gratis gezondheidszorg en wie in het buitenland wil studeren krijgt zelfs dat van de overheid vergoed. Dat die overheid een (uiteraard) ongekozen absoluut monarch is die tegelijkertijd premier, minister van defensie, minister van financiën en hoofd van de politie is, lijkt daardoor met een zekere vanzelfsprekendheid minder belangrijk te worden. In een interview op straat verwoordde een Brunees het als volgt: 'Wij mogen inderdaad niet stemmen, maar onze leider luistert wel naar ons'. Is het dan flauw om die uitspraak in dit blog om te draaien door te beweren dat wij wél mogen stemmen, maar onze leider niet naar ons luistert? Ofschoon misschien niet geheel onterecht is dat inderdaad wel een beetje flauw.


Zou het dan soms de puissante rijkdom van de sultan zijn die het allemaal wat ongemakkelijk maakt? Zijn perverse exhibitionisme is inderdaad allesbehalve fraai, want zelfs naar de meest protserige monarchale maatstaven maakt deze sultan het wel héél erg bont. De vraag dringt zich even op of het Nederlandse staatshoofd misschien niet stiekem een beetje jaloers zou zijn, of dat zij zich wellicht ook afvraagt wat nu eigenlijk het verschil nog is tussen 6000 of 7000 auto's bezitten. Anderzijds weet de Nederlandse Oranjefamilie zich eigenlijk al sinds hun ontstaan geplaagd door hun relatieve armoede, en moesten er derhalve altijd strategische huwelijken gesloten worden om de familiekas enigszins op peil te houden.

Wat het Nederlandse bedrijfsleven nu concreet voor zaken zou kunnen doen met een staatje dat slechts ietsjes groter is dan onze provincie Gelderland, blijft toch een beetje de vraag. Met zendmasten verkopen — om maar iets te noemen — door onze ervaren telecombedrijven is men toch al vrij snel klaar, zou je zeggen. Maar dan Shell,— inderdaad ja, onze Shell die de bodemschatten al sinds het begin van de vorige eeuw voor Brunei delft. Daar begint het wilde speculeren. Het is namelijk niet alleen onze Shell, maar bovenal ook de Koninklijke Shell. Natuurlijk zal er netjes worden gezegd dat de koningin voor ons land orders binnensleept, waarbij de vraag of dat een president niet zou lukken, gemakshalve maar even in het midden moet worden gelaten. Maar tegen de achtergrond van een mogelijk persoonlijk belang van de familie ziet dit staatsbezoek er dan toch een beetje anders uit. Vooralsnog overheersen onrust en ongemak en proberen we niet toe te geven aan wilde speculaties. We denken dus maar niet aan mogelijke Nederlandse wapenleveranties aan onderdrukte moslimbroeders van de sultan, die vervolgens welwillend onze factuur tegemoet ziet.

In zekere zin is de politieke structuur van het Brunese sultanaat vergelijkbaar met het koningschap onder Willem I, die, ondanks 'eene wijze constitutie', eveneens over absolute macht beschikte. Het enige verschil is dat Willem Frederik in 1813 totaal berooid op het Scheveningse strand aanspoelde, en met de groei van het familiekapitaal aanvang gemaakt moest worden. Aangenomen dat de onderdanen van Brunei het inderdaad zo goed hebben dwingt het ons een moment stil te staan bij de vraag of ons democratische ideaal die sacrosancte status eigenlijk wel verdient. In onze constitutionele monarchie kan Beatrix bijvoorbeeld niet zomaar even bepalen hoeveel stokslagen de werper van een waxinelichtjeshouder moet krijgen. Maar weegt dat op tegen gratis onderwijs, gratis gezondheidszorg en belastingvrijstelling voor iedereen? Een dergelijke afweging is even zinloos als wild speculeren over mogelijke privébelangen die dit staatsbezoek in een even ongewenst perspectief plaatsen.





Waar het uiteindelijk en in allerlaatste instantie om draait is de blinde willekeur die bij erfopvolging een doorslaggevende rol speelt. Misschien is deze absoluut-heersende Brunese sultan wel een verlicht despoot, en misschien houdt Beatrix zich inderdaad wel min of meer aan de beperkingen die de grondwet haar oplegt. Maar de geschiedenis heeft bij herhaling — met de goede Marcus Aurelius als kwalijk voorbeeld — laten zien dat erfopvolging bij het bekleden van het hoogste bestuurlijke ambt een levensgevaarlijk spelletje roulette is, met of zonder constitutie. Daarom is en blijft erfopvolging het krachtigste argument tégen de monarchie en vóór een gekozen staatshoofd.








4 opmerkingen:

  1. Grandioos artikel en laat een van onze kontenkruipers hier maar eens een speld tussen zien te krijgen. Ik moet wel bekennen nog nooit van het staatje Brunei gehoord te hebben maar dat zegt niks.

    BeantwoordenVerwijderen
    Reacties
    1. Correctie: dat zegt alles. Namelijk ongeinformeerd oordelen, een van 's lands meest kwalijke eigenschappen, dat altijd geheven vingertje, zonder ook maar enige kennis of inzicht.

      Verwijderen
  2. Laten de dames en heren in Brunei zich hier maar eens zorgen over maken en tot aktie overgaan i.p.v. de over de top zelfverrijking.

    http://www.hln.be/hln/nl/957/Binnenland/article/detail/1565940/2013/01/21/Honderd-rijksten-kunnen-vier-keer-eind-maken-aan-armoede-in-de-wereld.dhtml

    BeantwoordenVerwijderen
    Reacties
    1. Edmond V.o. Katuszvrijdag, 25 januari, 2013

      Geachte Bas,

      Helaas laat de "mind set" van gemiddelde ultra-billionair dit niet toe. Hoewel o.a. Bill Gates het nodige doet met zijn geld. Link van rapport:
      http://www.oxfam.org/sites/www.oxfam.org/files/cost-of-inequality-oxfam-mb180113.pdf
      Gegroet, Edmond V.O. Katusz

      Verwijderen