Burgerschennis

Somyot Prueksakasemsuk, die gisteren
wegens majesteitsschennis
tot 10 jaar cel werd veroordeeld
Geregeld duiken er berichten op uit Thailand, omdat er weer eens iemand in de kerkers is gesmeten vanwege majesteitsschennis. Met name de Thaise vorst Bhumibol, die voor veel van zijn onderdanen een waarachtig goddelijke status heeft, schijnt buitengewoon lange tenen te hebben. Slechts een karikaturaal en volkomen fictief personage in een roman kan in Thailand zomaar ineens geïnterpreteerd worden als majesteitsschennis, en wordt de auteur zonder pardon van z'n bed gelicht. In Nederland — met name hier in Nederland — bestaat over het thema majesteitsschennis veel verwarring en onzekerheid. Mag ik bijvoorbeeld ongestraft artikelen in dit blog blijven schrijven, en waarom verdwijnen kritische auteurs als Ton Biesemaat en Jan Kikkert hier niet onmiddellijk achter de tralies?

Wie de moeite wil nemen en het artikel 'Koninklijke onschendbaarheid' in Wikipedia er eens op naslaat, komt er al spoedig achter dat de onschendbaarheid van de koning de keerzijde is van één en dezelfde medaille, waar op de andere zijde die rare ministeriële verantwoordelijkheid staat afgebeeld. In feite is de koninklijke onschendbaarheid de logische consequentie van het verplaatsen van verantwoordelijkheid van de ene rechtspersoon naar de andere. Het is enigzins vergelijkbaar met ouders die verantwoordelijk zijn voor de eventuele brokken die hun kleuter maakt. Enigzins, omdat deze juridische immuniteit van de Nederlandse koning op zeer gespannen voet staat met de beginselen van onze parlementaire democratie. Vóór 1848 was het nog duidelijk, toen de koningen Willem I en II in beginsel dezelfde status genoten als de Thaise koning Bhumibol. Koninklijke onschendbaarheid was vóór 1848 nog een rechtstreekse afgeleide van een soevereiniteit die door God zou zijn verleend.

Maar nadat Thorbecke in 1848 de ministeriële verantwoordelijkheid introduceerde, kreeg de 'onschendbaarheid' van de koning ineens een heel andere betekenis. Onschendbaar was niet langer synoniem voor absoluut, maar veranderde in een semantisch ongeleid projectiel. Anders gezegd: sinds 1848 is er niemand die hier nog ene kont van snapt. De koning niet, het kabinet niet, het parlement niet, de premier niet, en zelfs God zelf weet zich geen raad met dit rare wetsartikel. Iedere premier heeft daarom weer zijn eigen interpretatie, en vanwege de intrinsieke ambiguïteit bestaat er imiddels zelfs zoiets als een afgeleide ministeriële verantwoordelijkheid. Wat dat betekent kan niemand u precies vertellen — en ik dus al helemaal niet — maar ik kan u wel een voorbeeld geven. Volgens de grondwet is de koning onschendbaar, en ofschoon nergens met maar één woord wordt gerept over de troonopvolger en diens echtgenote, weet iedereen dat Willem-Alexander en Máxima eveneens onder de volle ministeriële verantwoordelijkheid vallen. Dit elastische juridische monstrum, waar al vele staatsrechtgeleerden hun tanden op hebben stukgebeten, wordt dan ook niet voor niets een 'leerstuk' genoemd,— een eufemistische duiding voor een bepaling die volstrekt irrationeel en onbegrijpelijk is.





Inmiddels zal de lezer zich afvragen wanneer dit artikel eindelijk spannend gaat worden, en wat de koninklijke onschendbaarheid nu eigenlijk te maken heeft met het beledigen van de koning. Het antwoord luidt: helemaal niets. Er zijn namelijk nog aparte wetsartikelen die expliciet belediging van de koning verbieden. Die bepalingen hebben helemaal niets van doen met het leerstuk van de ministeriële verantwoordelijkheid, maar zijn gewoon nog meer van die vele curieuze privileges die een over het paard getilde deftige familie ten behoeve van hun eigen comfort in het wetboek van strafrecht heeft weten te frommelen. Wie Rutte de volgende keer dus weer hoort grienen 'dat ze zich niet kunnen verdedigen', weet nu dat als er één familie is die zich als geen ander kan verdedigen, het de koninklijke familie is. Op dezelfde wijze hoeven deze zelfverklaard goddelijk uitverkorenen ook geen belasting te betalen en gelden er voor hen bijvoorbeeld ook andere bepalingen ten aanzien van de lijkbezorging. Kortom, er worden in ons land allerhande rare uitzonderingen gemaakt voor vreemde snuiters die idiote middeleeuwse privileges menen te moeten genieten.

De onschendbaarheid van de majesteit is dus iets geheel anders dan majesteitsschennis, zo blijkt. Wie de koninklijke waardigheid aantast — wat dat dan ook moge zijn — kan namelijk voor 5 jaar de bak indraaien. Op het beledigen van Willem-Alexander of Máxima krijgen de onderdanen daarentegen 20% korting, want daarop staat een gevangenisstraf van slechts 4 jaar. Resteert de vraag waarom een auteur als Ton Biesemaat niet onmiddellijk gearresteerd wordt wanneer hij in zijn boek Bernhardgate onweerlegbaar aantoont dat wijlen prins Bernhard een landverrader was. Ook hier heb ik slechts een vermoeden: omdat Biesemaat wel eens de waarheid zou kunnen vertellen, dus in zo'n geval is het effectiever het boek dood te zwijgen.


Maar toch ben ik er nog niet, want ik heb namelijk nog een dringende wens. Graag zou ik een wetsbepaling zien waarin strafbaar wordt gesteld dat iemand zonder democratisch mandaat aan het hoofd van iedere regering gaat staan. Een wetsartikel op grond waarvan iedereen die van belastinggeld Nederland in het buitenland gaat lopen vertegenwoordigen zonder dat die burgers daar ooit om hebben gevraagd, van zijn of haar bed kan worden gelicht. Burgerschennis zou ik dat delict willen noemen: opzettelijke belediging en schending van de burgerlijke waardigheid.








7 opmerkingen:

Edmond V.O. Katusz zei

Dat Wim Klinkenberg indertijd niet in het gevang terecht gekomen is mag dan wel een wonder wezen, want zijn boek was ook een regelrechte bom onder zowel Bernhard's c.v als onder de monarchie. Hopelijk leest iedereen "Prins Bernhard, een politieke biografie" nog eens. Zoek vooral naar de derde verbeterde uitgave uit 1968.
Gegroet, Edmond V.o. Katusz

lona7 zei

Briljant, geniaal, de spijker op de kop etc. Doorsturen tot iedereen het kan lezen en weer doorsturen. En hoe Wendela het voor elkaar krijgt, telkens opnieuw de spanning te laten stijgen en met een conclusie te komen die schijnbaar voor de hand ligt maar waaar niemand behalve zij opkomt, is me een raadsel en als iemand zou kunnen denken dat het saai zou zijn, een beter staaltje van het tegendeel is niet te verzinnen.

A.W. zei

Deze juffrouw Bickers heeft inderdaad een zeldzaam scherpe pen waar ze misschien zelf nog wel eens last mee zou kunnen krijgen

Hans zei

Ik neem aan dat mevrouw Bickers wel haar mening weer mag geven. Vrijheid van meningsuiting, weet u wel. Hier wordt niemand beledigd, maar de gang van zaken wordt scherp aan de kaak gesteld. Als dit niet meer zou mogen, dan zou het heel droevig gesteld zijn in Nederland.

Wendela de Witt - Bicker zei

Bicker is de naam. Met dank.

Edmond V.O. Katusz zei

Nee, ik denk dat dat wel meevalt. Je moet van goed huize komen om hier tegen in te gaan. Het is wel, met alle respect voor de heer Lensink, op den duur veel effectiever dan een theelichthouder-werppoging.

Bij gebrek aan fatsoenlijke tv hedenavond - was niet geïnteresseerd in de VPRO-penis-lol - me weer eens geworpen op "Lodewijk Napoleon Koning van Holland" van J.G. Kikkert. Tijdje terug werd deze vorst nog bestempeld tot "loser" in BuitenhofTV. DaDa!(Eerlijkheidshalve zij vermeld dat ik ook nog een stuk Papillion to mij genomen heb)

Overigens zouden alle columns een aardig boek(je) opleveren. Gaat het misschien t.z.t. tot publicatie komen, mevrouw De Witt?
Gegroet, Edmond V.O. Katusz

Edmond V.O. Katusz zei

Nog even dit, i.v.m. bovengenoemd boek. Maria Aletta Hulshoff wordt hierin ook nog genoemd. Lezer, doe uzelf eens een plezier en zoek haar gegevens op op het internet. Prachtvrouw! Mag wel eens meer aandacht aan haar besteed worden.
Gegroet, Edmond V.O. Katusz