Kampioen

Inderdaad ja, een arbeider draait aan het eind van zijn werkweek zijn handpalm naar boven om zijn loonzakje in ontvangst te nemen. Strikt genomen houdt hij dan zijn hand op, evenals de secretaresse die aan het eind van een maand werken haar salaris ontvangt, zij het dan meer in overdrachtelijke zin. Toch heeft de uitdrukking 'de hand ophouden' een nadrukkelijk morele connotatie: geld ontvangen zonder dat daar een prestatie tegenover staat of stond. En precies dat laatste maakt het indelen van AOW'ers tot 'handophouders' tot een misselijkmakende immorele duiding. Tot zover de ernstig semantische tekortkoming in het tendentieuze betoog van Maarten Keulemans' 'Wie is kampioen handophouder van Nederland?'.


Pieter Bruegel de Oude (1525 – 1569)
De Kreupelen, 1568 (Musée du Louvre, Parijs)
Het kan ook efficiënter, namelijk met de handpalm naar beneden. De vingers worden daarbij zo wijd mogelijk gespreid, en vervolgens krachtig samengeknepen. Dan wordt die gevulde hand naar de broekzak gebracht om daar ten slotte in te worden geledigd. En dat niet één keer, maar herhaaldelijk tot de drager onder het gewicht van de vulling bezwijkt, simpelweg omdat toezicht ontbreekt. Deze handbeweging wordt echter niet uitgevoerd door arbeiders en secretaresses, maar door het écht immorele volk: managers en bankiers. Dit gespuis hoeft helemaal geen looneisen te stellen, want zij pakken het gewoon. Salonsocialisten zoals voormalig PvdA-premier Wim Kok, die tijdens zijn politieke loopbaan het gore lef had te durven spreken over 'exhibistionistische zelfverrijking', graaide er vervolgens zelf schaamteloos op los als commissaris bij de ING. Inmiddels is die handbeweging zelfs tot cultuur verheven,— een ware kunst die aan de basis ligt voor de economische crisis waar de wereld thans mee worstelt. Radix malorum cupiditas est.

Maar het kan vanzelfsprekend nóg efficiënter, en wel op een manier dat er eigenlijk niet eens meer een hand aan te pas hoeft te komen. De Nederlandse samenleving onderhoudt namelijk ook een familie die noch de hand ophoudt, noch graait. Deze over het paard getilde lieden liggen op grond van hun geboorte aan een permanent gemeenschapsgeldinfuus, waar onophoudelijk miljoenen Euro's doorheen moeten worden gepompt. Voornoemde managers en bankiers kunnen — in ieder geval in theorie — nog worden aangesproken op hun graaikunsten, al was het maar omdat de opbrengsten van die kunsten in geen enkele verhouding staan tot hun geleverde prestaties. Zo niet bij deze ene familie: die presteren niet alleen helemaal niets, maar zij kunnen ook nog eens wettelijk nergens op aangesproken worden.

Deze familie, en niemand anders, is de ongeslagen en ware kampioen handophouden.








2 opmerkingen:

Trijn zei

Helemaal juist, onze grootste uitkering trekkers !

Wendela de Witt - Bicker zei

Zeer juist. Volgens artikel 40 van de grondwet krijgt mevrouw ook geen salaris, maar inderdaad een uitkering.